Van toen naar nu (deel 10)
dinsdag 28 januari 2014

Schrijvers en kardinalen
Sommige boekenschrijvers willen zich niet bloot geven. Zij willen niet met hun echte naam in de openbaarheid treden. Zij ondertekenen hun schrijfwerk met een verzonnen naam, een pseudoniem.
Zo is de naam J. Bernlef een verzonnen naam, want in werkelijkheid heet hij Hendrik Jan Marsman. Een andere schrijver, goed bekend in de media, laat zich Midas Dekkers noemen, maar thuis heet hij gewoon Wandert J. Dekkers. Ooit van Hendrik Hazelhoff gehoord? Zijn schrijversnaam is: Max Dendermonde.

Kardinalen die paus worden nemen ook een andere naam aan. Een paar voorbeelden: Albino Luciano wordt paus en heet dan: Johannes Paulus I. Karel Józef Wojtyla wordt Johannes Paulus II. Joseph Aloisius Ratzinger: Benedictus. En onze huidige paus heet Franciscus heette voordien Jorge Mario Bergoglio.

Rocco, Kaliemijn en de Ui
U zult denken, wat hebben die schrijvers en kardinalen te maken met S.V. Honselersdijk?

Ik zal u gauw uit de droom helpen: niets!; maar toch wel iets! Mensen die lid worden van de club blijven hun naam behouden, zoals: Sjaak valstar, Peter Zuiderwijk, Cor de Voeght, Peter Kester, Arie Koppenol, Arie van der Lee, Cor de Hoog, Leen Lindhout, Peter Alsemgeest, Piet Kruik, ?… en zo voorts. Na verloop van tijd krijgen die mannen (in dezelfde volgorde) toch andere namen: Kaliemijn, Subo, de Bels, Boswoning, Bloemenarie, Penflitser, Strijpje, Dracula, de Ui, Rocco, Mona.

Enkele teams kregen ook een - eigenzinnige - naam: de Muppets (6e), de Veteranen (7e) de Fabeltjes (8e) en de Stichting (9e). Teams met kleurrijke, hilarische verslagen in het clubblad.

Het verschil met de schrijvers en de pausen is dat die mensen zelf een andere naam kiezen. Voetballers krijgen die namen vanuit hun omgeving opgeplakt. Denk in dat verband maar aan Willem van Hanegem. Deze voetbalicoon ging voor zijn fans als “De Kromme” door het leven. Op zeker moment wist heel Nederland wel wie met ‘De kromme’ werd bedoeld. Zo werd Cees Wagenmakers in het Westland wereldberoemd als ‘Kubala’. Cees is met die naam zo vertrouwd geraakt, dat hij zich in gezelschappen voorstelde als Kubala. In zijn hoogtijdagen wist men vaak niet wie Cees Wagenmakers was, maar zei je: ‘Kubala,’ dan kreeg je te horen: ‘Had dat dan direct gezegd!’

Een heel legertje clubleden verwierf alzo een bijnaam. Ja, hoe kom je aan die bijnaam. Van een oude vrouw in de Dijkstraat weet ik het. Op de plek waar nu een Poolse dagwinkel is (tegenover AH), stond vroeger een klein arbeidershuisje. De voordeur bestond uit een boven- en een onderdeur. Die bovendeur was vaak open. Die lieve mevrouw Scholtes vond het gezellig om - leunend op de dicht zijnde onderdeur - naar langs komende mensen te kijken. Dat deed ze graag en vaak. En op zeker moment kende half Honselersdijk haar als ‘Pleun Onderdeur’. Iets soortgelijks had ik ook zelf. Als verdedigende voetballer kwam het nogal eens voor dat ik een bal moest wegkoppen. Dat ging me prima af. Maar op zeker moment hoorde ik wat in mijn mond kraken. Mijn kunstgebit bleek in stukjes uiteen gevallen te zijn. Een dure grap. Geen reden om niet meer te voetballen, c.q. niet meer te koppen. De nieuw aangeschafte prothese verdween vervolgens in mijn tas als ik het veld op ging. Mijn teamgenoten zagen vanaf dat moment steeds mijn gedeeltelijk lege mond. U raad het al, ‘Dracula’ was geboren. Na dit opzetje nodig ik u uit om de ‘geboorte’ van de eerder genoemde bijnamen te verklaren.

Kijken we naar de clubbladen van de laatste jaren dan kom je weinig bijnamen meer tegen in de verslagen van de vriendenteams. Eigenlijk mis ik de olijkheid, de grap en de grol, in de verslaggeving van de lagere seniorenteams. Maar vergelijken we het clubblad van de jaren tachtig met het digitale clubblad van anno 2014, dan geneer ik mij een beetje voor de jaargangen van –tig jaren geleden.

- Lindt -

Advertentie

Zoomin'